Uw erfenis betalen met kunstwerken
Deze regeling is niet nieuw en werd reeds in 1985 ingevoerd. De bedoeling van de wetgever was om te vermijden dat belangrijke kunstwerken naar het buitenland zouden verdwijnen wanneer erfgenamen om financiële redenen gedwongen worden om de kunstwerken te verkopen om de successierechten te kunnen betalen. Het feit dat deze regeling bestaat, betekent niet dat ze veel wordt toegepast. In tegendeel, sinds 1985 zijn nog maar een handvol erfenissen met kunstwerken betaald, met als meest gekende voorbeeld, de erfenis van Baron Paul Janssen, de voormalige oprichter van het gekende farmabedrijf Janssen Pharmaceutica, wiens erfenis werd betaald met een collectie Precolumbiaanse kunstvoorwerpen. En sinds het Vlaams Gewest in 2015 zelf bevoegd is geworden om de successierechten te innen van Vlaamse erfenissen, is er nog een enkele erfenis met kunst betaald geweest.
Vlaamse erfbelasting “in natura” te betalen
Om deze regeling wat meer leven in te blazen, heeft de Vlaamse regering beslist om de regeling te versoepelen, waardoor meer mensen zouden worden aangespoord om de Vlaamse erfbelasting “in natura” te betalen. Vooreerst heeft men beslist om de regeling uit te breiden “cultuurgoederen”, hetgeen ruimer is dan alleen kunstwerken. Dit maakt het mogelijk om naast eigenlijke kunstwerken ook archeologische vondsten, manuscripten, juwelen en wetenschappelijke objecten in betaling te geven voor het vereffenen van de erfbelasting.
Wel moet het gaan om cultuurgoederen die zeer waardevol zijn. Het moet dus gaan om topstukken of sleutelwerken die van uitzonderlijk belang zijn voor het Vlaams cultureel erfgoed. Om dat te beoordelen moeten de cultuurgoederen die men ter betaling van de erfbelasting aan de Vlaamse Belastingadministratie aanbiedt, gewaardeerd worden door de Vlaamse Topstukkenraad. Deze Raad beoordeelt of het cultuurvoorwerp inderdaad als “topstuk” kan worden beschouwd, en gaat dan ook een financiële waarde op het kunstwerk kleven.
Indien het cultuurvoorwerp als topstuk wordt aanvaard door de Topstukkenraad, dan kunnen de erfgenamen, die het cultuurvoorwerp in betaling geven, een bedrag gelijk aan 120% van de waarde van het cultuurvoorwerp verrekenen met de verschuldigde erfbelasting. Een paar jaar geleden bijvoorbeeld werd het schilderij ‘Salon Bourgeois’, een topwerk van de Oostendse schilder James Ensor uit 1880, voor 470.000 euro verkocht op een veiling. Stel dat dit schilderij als kunstwerk zou worden aangeboden om de erfenisbelasting te betalen, dan zouden de erfgenamen ook erfbelasting moeten op de waarde van het schilderij zelf, maar zij zouden wel een tegenwaarde van 564.000 euro kunnen verrekenen met de verschuldigde erfbelasting. En als deze tegenwaarde groter is dan de verschuldigde erfbelasting, dan heeft men recht op de terugbetaling van het saldo.
Tot slot laat de nieuwe regeling ook toe dat de eigenaar van waardevol kunstwerk reeds tijdens zijn leven de vraag stelt aan de Vlaamse overheid of het kunstwerk als “topstuk” kan beschouwd worden en dus in aanmerking kan komen om de erfbelasting mee te betalen. Volgens de Vlaamse regering moet ook deze mogelijkheid mensen aansporen om erfbelasting met kunstwerken te betalen.
Of deze nieuwe regeling effectief succesvol zal zijn, is nog maar zeer de vraag. Het is immers zeer zelden dat belangrijke kunstobjecten nog deel uitmaken van een erfenis. Het volstaat immers om de kunstobjecten reeds bij leven te schenken aan de volgende generatie om de zeer ware successierechten bij overlijden te ontwijken.
#erfenis #successierechten #fiscaliteit
Meer weten over kunstrecht?
Contacteer ons via infotax@bloom-law.be